8 op de 10 Nederlanders drinkt alcohol. Dit blijkt uit onderzoek van het Trimbos. Niemand kijkt ervan op als er flink wordt gedronken op een feestje. Alcohol is gezellig. Maakt losser, voelt fijn en hoort er in veel gevallen gewoon bij. Dit maakt ook dat een alcoholverslaving niet altijd op tijd wordt opgemerkt. Bovendien sluipt dit er heel voorzichtig in. Eenmaal verslaafd, is het echter heel lastig om er nog vanaf te komen. Alcohol heeft je in zijn macht. 

Het is erg zorgwekkend dat het alcoholmisbruik onder jongeren blijft stijgen. Volgens Trimbos is met name een opvallende stijging bij jongeren tot 25 jaar te zien. Ook 55-plussers drinken vaker overmatig veel. 

Ondanks dat alcohol zeer verslavend kan zijn, wordt het nog altijd algemeen geaccepteerd. Daarom is het belangrijk dat er ter preventie meer informatie wordt gedeeld. Mensen meer op de hoogte zijn van de gevolgen en potentiële problemen tijdig kunnen signaleren. Daarom zetten we in dit artikel drie verrassende feiten over alcoholverslaving op een rij. 

1. Genetische aanleg 

Wat veel mensen niet weten is dat een verslaving genetisch bepaald kan zijn. Dit betekent overigens niet dat alle kinderen van verslaafden ook weer verslaafd worden, maar ze lopen mogelijk wel een groter risico. Het risico op alcoholverslaving wordt namelijk voor zeker 50 procent bepaald door erfelijke factoren. Dit heeft te maken met hoe het lichaam op alcohol reageert. Door bepaalde mutaties in de genen kan het lichaam heel anders reageren. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het beloningscentrum, maar ook in hoeverre je juist wel of niet snel dronken wordt. 

Dat betekent natuurlijk niet dat genetische aanleg een allesbepalende rol speelt. Iemand die nog nooit een druppel heeft gedronken, zal logischerwijs geen hulp bij alcoholisme nodig hebben. De kans is echter wel groter dat hij bij het regelmatig drinken van alcohol verslaafd raakt, terwijl een ander zonder deze aanleg dit probleemloos kan doen.

Uiteindelijk spelen omgevingsfactoren ook een belangrijke rol. Iemand die in een drankcultuur opgroeit, loopt meer risico om verslaafd te raken dan iemand met een genetische aanleg. Als je de persoon met een genetische aanleg in een rustige plaats zonder verleidingen laat opgroeien, zal hij waarschijnlijk nooit verslaafd raken. Genetische aanleg zegt dus zeker niet alles. Als één of twee van je ouders dus verslaafd zijn, hoeft dit niet te betekenen dat de kinderen dit ook zullen worden.

2. Vernietigende gevolgen voor de hersenen 

We weten allemaal dat overmatig alcoholgebruik niet goed is voor het lichaam. Hierbij denken we aan leverschade, maar we mogen ook zeker de vernietigende gevolgen voor de hersenen niet vergeten. Juist daarom is het zo zorgwekkend dat steeds meer jongeren kampen met een verslaving. Hun hersenen zijn nog niet eens volledig volgroeid en er wordt nu al schade aangericht. Alcoholgebruik kan op de lange termijn ook gevolgen hebben voor het al volgroeide brein. Met name het geheugen wordt aangetast. Ook kunnen verschillende aandoeningen ontstaan. Het bekendste voorbeeld is de ziekte van Korsakov. Deze is het beste te vergelijken met dementie, maar kan op alle leeftijden ontstaan. 

3. Lastig te herkennen 

Bij een alcohol- of drugsverslaving denken we toch al snel aan mensen die niet meer kunnen functioneren. Het tegendeel is echter waar. Er zijn ook genoeg hoogfunctionerende alcoholisten. Mensen die een gezin hebben, dagelijks rijden naar het werk, daar hun taken uitvoeren en zo de schijn weten op te houden. Natuurlijk lukt dit ze niet oneindig, maar dit maakt alcoholisme zeker niet altijd eenvoudig te herkennen.